Francqui-leerstoel rond alternatieve methoden voor dierproefonderzoek gestart

  • Afdrukken

Laureaat prof. dr. Maurice Whelan (Europese Commissie) houdt onderzoekers een spiegel voor met een inspirerende openingslezing.

Prof. dr. Maurice Whelan is binnen de Europese Commissie verantwoordelijk voor de werking van EURL ECVAM, het Europese Unie Referentie Laboratorium voor Alternatieven voor dierproeven. Eén van de taken is het identificeren van nieuwe technologieën, deze mee te helpen ontwikkelen, te valideren en te promoten om zo te komen tot een geïntegreerde strategie die minder gebruik maakt van proefdieren in het basis- en toegepast onderzoek.

In zijn inaugurale lezing schetste Maurice Whelan de rol van Europa en de belangrijke uitdagingen om deze shift in het onderzoek mogelijk te maken. Maar er liggen ook opportuniteiten in het verschiet, met name op technologisch vlak en het vernuftig gebruik van 'big data'. Hij had meteen ook een boodschap voor de onderzoeksgemeenschap: we hebben het niet over in vivo en in vitro onderzoek als twee aparte entiteiten maar als een uitgebalanceerd geheel waarbij de nadruk ligt op excellentie in onderzoek. Hierbij dient men zorgzamer om te gaan met het onderzoeksdesign, niet in het minst wanneer er proefdieronderzoek voorzien is. Het is een vereiste om stappen vooruit te zetten. Daarnaast blijft het delen van kennis en het versterken van de opleiding rond alternatieve methoden een belangrijke opgave in het onderwijs.

Drijvende kracht

Prof. dr. Vera Rogiers: “Dr. Whelan is een belangrijke drijvende kracht voor de verdere ontwikkeling van alternatieve methoden en hij doet dat met succes binnen de Europese commissie. Hij is een erg inspirerende persoon die erin geslaagd is de samenwerking hierrond binnen Europa te versterken, maar hij is ook daarbuiten zeer actief betrokken bij alle ontwikkelingen op internationaal vlak in het domein van alternatieve onderzoeksmethoden voor proefdieronderzoek.

Proefdieren worden gebruikt voor diverse wetenschappelijke en educatieve doeleinden. Echter deze methodologie wordt ter discussie gesteld vanwege ethische, economische en wetenschappelijke bezwaren. Gedurende de laatste jaren is er duidelijk vooruitgang geboekt in het gebied van de 3R-alternatieve methoden (Refinement, Reduction, Replacement) waarbij geen tot zo weinig mogelijk proefdieren gebruikt worden en in het laatste geval dan met de nadruk op humane omstandigheden. Vooral toxicologische eindpunten hebben de meeste aandacht gekregen en een aantal alternatieve methoden werden met succes ontwikkeld. Het basisonderzoek en toegepast onderzoek, dat in Europa en ook in België de meeste proefdieren gebruikt, werden echter minder betrokken in het zoeken naar alternatieve oplossingen. Het is daarom dringend om deze problematiek aan te kaarten zodat ook daar vooruitgang kan geboekt worden.

Innovatiecentrum 3R's

Het VUB Innovatiecentrum voor 3R-alternatieve methoden (IC-3Rs) werd opgericht op 25 september 2017 op de ‘Brussels Health Campus’. Professor Vera Rogiers, de promotor van deze Francqui leerstoel, heeft de leiding van dit platform en heeft zich tot doel gesteld om samen met de excellente onderzoekers van de VUB, naast de Europese inspanningen, ook op lokaal vlak vooruitgang te boeken in de ontwikkeling en het gebruik van vernieuwende alternatieve methoden om minder gebruik te maken van proefdieren. Daar de doelstellingen van EURL ECVAM en IC-3Rs complementair zijn is het logisch om de samenwerking tussen beiden te versterken. De Francqui leerstoel geeft hiertoe de mogelijkheid. Een symposium wordt dan ook samen georganiseerd op 8 mei aan de VUB. Dit gaat verder dan de toxicologie en legt ook meer de nadruk op andere domeinen waar vooruitgang kan geboekt worden.

Vera Rogiers: “De steun van professor Whelan voor het nieuwe IC-3Rs innovatiecentrum van de VUB betekent een internationale erkenning voor onze lokale inspanningen. Er is in EURL ECVAM een studie uitgevoerd waaruit blijkt dat er op internationaal vlak en ook binnen Europa veel initiatieven zijn maar dat het lokale, regionale en nationale niveau zeer achterop hinken. De doorsneewetenschapper kent te weinig van alternatieve mogelijkheden. Onze aanpak om onze studenten, PhD’s, postdocs en professoren, ook van verschillende universiteiten, te betrekken kan als een voorbeeld dienen voor andere lidstaten.”

Bekijk hier het volledige programma van de Francqui-leerstoel.

 

GF0 0099